Waar kan je hond in de lente last van krijgen en hoe kun je ziekten of ongemakken voorkomen?
De donkere koude dagen liggen achter ons, het voorjaar is begonnen! De eerste zonnestralen van het voorjaar hebben de lentekriebels dan al goed geactiveerd. Wist je dat honden ook lentekriebels kunnen krijgen? In de lente groeit en bloeit de natuur volop, maar dit brengt ook bijtende insecten en giftige planten met zich mee, waar de hond last van kan hebben door blaren, ziektes en jeuk. Letterlijke lentekriebels dus! In dit blogartikel vertellen we waar honden in de lente last van kunnen krijgen en hoe je je hond hiertegen beschermt.
Onbezorgd de lente door met deze 10 tips voor je hond
Klik op een van de punten om direct naar de juiste plek op deze pagina te gaan. Zo hoef je niet te zoeken!
- Bouw beweging langzaam op voor je hond
- De lente is al snel warm voor de hond
- Van dikke wintervacht naar coole zomerjas
- Zwemmen en blauwalg in buitenwater
- Berenklauw giftige plant voor honden
- Pas op met de eikenprocessierups
- Hooikoorts bij honden
- Stof de tekentang maar af!
- Lenteschoonmaak? Hou je hond weg bij schoonmaakmiddelen
- Hond aangelijnd in het broedseizoen
1. Bouw beweging langzaam op voor je hond
Met het mooie weer trekken we er massaal weer op uit, en onze vertrouwde viervoeter gaat gezellig mee op deze flinke wandeling, lange frisbeesessie of pittig fietsrondje. Vaak vergeten we dat we in de winterperiode minder actief zijn geweest met de hond en dat de spieren stijf kunnen zijn. Om blessures bij je hond (en jezelf!) te voorkomen is het belangrijk om de beweging geleidelijk op te bouwen. Ga dus niet direct voor die 5 of 10 kilometer, maar wandel een half uurtje in een rustig tempo of ga 5 minuten op de fiets zitten en kijk hoe je hond zich na afloop voelt en gedraagt. Bouw de duur en intensiteit om de dag of per week op. Ons handige fietsschema voor jou en je hond helpt je daar goed bij!
Ook bij onschuldig lijkende spelletjes zoals het ver gooien en laten brengen van een speeltje is waakzaamheid belangrijk: een hond kan onbewust hard remmen en scherpe bochten maken om dat felbegeerde speeltje te pakken te krijgen. Voor een vastgeroeste hond kan dat problemen geven. Gooi de eerste paar keren dus niet te ver en niet te hard, of nog beter: zorg ervoor dat je hond voordat je gaat spelen goed opgewarmd is door eerst een stukje te wandelen voordat je gaat spelen en ravotten.
2. De lente is voor de hond al snel warm
De lente kan al snel verraderlijk warm zijn, dat hebben de laatste jaren wel gebleken met temperaturen die al ver boven de 20 graden kunnen schieten nog voordat de zomer zich officieel heeft aangediend. Terwijl wij er intens van genieten, zijn deze temperaturen voor de hond al een tikkie aan de hoge kant. Honden raken warmte niet zo makkelijk kwijt als mensen en kunnen snel oververhit raken. Met name puppy’s, oudere honden en honden met korte neuzen gecombineerd met ademhalingsproblemen kunnen gevoeliger zijn voor de warmte. Het is dan ook aan te raden om alert te zijn wanneer het buiten warmer is dan 15 graden. Ga liever niet actief wandelen, hardlopen of fietsen met de hond. Probeer activiteiten zoveel mogelijk in de vroege ochtend of late avond te doen, of bewaar ze voor een koelere dag. Geef de hond voldoende water en schaduwkansen op een warme lentedag.
3. Van dikke wintervacht naar coole zomerjas
Zitten de voorjaarstemperaturen al een tijdje in de lucht, dan wil je hond snel af van zijn warme wintervacht. Het ruien verschilt per ras: de ene hond lijkt zich van zijn hele vacht te ontdoen, terwijl de andere hond amper een haartje verliest. Het gaat erom dat je oplet of je verschillen ziet met het ruiproces ten opzichte van vorig jaar. Verloopt het ruien anders, dan kan dat bijvoorbeeld wijzen op een besmetting, hormoonproblemen of een tekort aan vitaminen. Bij twijfel doe je er niet verkeerd aan de dierenarts even mee te laten kijken. Heeft je hond moeite om zelf te verharen, dan kun je jouw viervoeter helpen door regelmatig te borstelen.
4. Zwemmen en blauwalg in buitenwater
Lekker zwemmen hoort erbij in het voorjaar! Schijnt het zonnetje uitbundig, dan kan het water nog steeds best fris zijn. Wanneer de hond het water inspringt of -rent kan plotselinge kou de spieren laten verkrampen. Probeer je hond eerst aan de waterkant te houden voordat je viervoeter het diepere gedeelte opzoekt en hou je hond goed in de gaten voor eventuele watersnood.
Het is ook oppassen geblazen met blauwalg. Deze microscopisch kleine organismen laten zich met hun blauwgroene kleur vooral zien bij hoge temperaturen in zoet, stilstaand water zoals meertjes en vijvers. Voor mensen wordt dan al aangeraden niet te gaan zwemmen vanwege mogelijkheid tot huiduitslag, irritatie aan ogen en darmklachten, maar ook voor honden kan het gevaarlijk zijn. De blauwalg scheidt giftige stoffen af die ook bij de hond voor irritatie en misselijkheid kunnen zorgen. De hond kan namelijk besmet water inslikken of na het zwemmen in water met blauwalg zijn vacht schoonlikken en op die manier klachten krijgen. Hou je hond aan de lijn totdat je het water hebt kunnen verkennen: blauwalg kan zowel op als net onder de wateroppervlak zitten. Dode dieren als vissen, kikkers of muizen in en rond het water zijn een sterk signaal dat het water niet gezond is. Bij twijfel, neem het zekere voor het onzekere en zoek een ander lekker zwemplekje uit voor je hond.
5. Berenklauw giftige plant voor honden
In de lente springen ze als paddenstoelen uit de grond… of eh..dus als berenklauw: de grote witte bloemschermen en behaarde bladeren. Berenklauwen komen in grote aantallen voor langs de waterkant en in bermen en kunnen wel een meter hoog worden. Het sap van deze plant bevat furocoumarine, een stof die wanneer de hond ermee in aanraking is gekomen, de huid gevoelig maakt voor zonlicht. In korte tijd ontstaan er rode, jeukende vlekken en blaasjes op de plek waar de hond in aanraking is geweest met de berenklauw, wat meestal de neus is en pootjes zijn. De blaasjes kunnen zich ontwikkelen tot zwellingen en blaren, die veel weghebben van brandwonden en de ogen kunnen zelfs blind worden van het sap. Is je hond in contact geweest met berenklauw, spoel de probleemgebieden af met lauwwarm water en probeer blootstelling aan zonlicht te beperken. Neem contact op met de dierenarts voor verdere behandeling, om pijn en littekenweefsel te beperken.
6. Pas op met de eikenprocessierups
De brandharen van de eikenprocessierups kunnen bij mensen al voor irritatie zorgen en bij honden is dit niet anders. De haren van de rups vliegen met gemak door de lucht en via de weerhaakjes hechten ze makkelijk aan huid en vacht, wat binnen enkele uren al voor irritatie kan zorgen. De vacht van de hond biedt bescherming, maar met name de plekken waar huid zichtbaar is zoals de buik kunnen pijnlijke en jeukende bultjes ontstaan. Heftig krabben verergert en kan het laten ontsteken. Ook bij inademing kunnen de haartjes problemen geven aan de luchtwegen en bij de ogen zorgen voor roodheid en zwelling. Probeer de huid en ogen uit te spoelen met water. Meestal verdwijnen de klachten vanzelf, maar houden ze aan dan is het raadzaam contact op te nemen met je dierenarts.
7. Hooikoorts bij honden
Net als hun baasje kunnen honden last hebben van een pollenallergie. Hooikoorts bij je hond dus! Alleen reageren honden hier anders op dan mensen: ze gaan niet niezen en krijgen geen loopneus – dit zijn symptomen die juist weer voor kunnen komen bij een heel ander probleem, namelijk het vastzitten van een grasaar bij je hond. Bij hooikoorts krijgen honden vooral veel jeuk wat kan leiden tot veelvuldig krabben en haren uittrekken. Veelvoorkomende klachten zijn oorinfecties, jeuk en opgezwollen ogen, irritatie bij de voetzolen, snuit, oksels en de zijkanten en achterkant van de hond. Zelf kun je de jeuk bij je hond al beperken door de vacht goed schoon te houden met een borstel of vochtige handdoek, om zo pollen en ander vuil wat kan gaan irriteren te verwerden. Bespreek verdere mogelijkheden zoals medicatie voor de hooikoorts van je hond met de dierenarts.
8. Stof de tekentang maar af!
Deze parasiet wordt actief wanneer de temperatuur boven de 10 graden komt, dus extra opletten vanaf de lente, want met de steeds warmere seizoenen steekt de teek ook eerder de kop op. De teek kan een bacterie met zich meedragen die de ziekte van Lyme (Borreliose) veroorzaakt. Dit kan overgedragen worden op dier en mens doordat een teek zich vastbijt in de huid en volzuigt met bloed. Het duurt soms wel een aantal uur voordat een teek zich daadwerkelijk vastbijt, dus misschien heb je het geluk dat je de teek op je hond ziet lopen en kun je hem er zo uitvissen. Heeft de teek zich al vastgebeten in je hond, haal hem er dan heelhuids uit met bijvoorbeeld een tekentang. En blijf je hond na iedere wandeling controleren.
9. Lenteschoonmaak? Hou je hond weg bij schoonmaakmiddelen
Ramen lappen, een nieuw likje verf op de muren en de tuin weer even aanharken. De lenteschoonmaak is ons allemaal wel bekend. Maar veel schoonmaakspullen, verfmiddelen en pesticiden kunnen (huid)irritatie geven, inwendige of uitwendige brandwonden veroorzaken of zelfs giftig zijn voor je hond. Hou deze middelen net als bij kinderen buiten het bereik van je viervoeter en gebruik het liefst natuurlijke varianten zoals azijn, bakpoeder of oplossingen op basis van enzymen. Toch een ongelukje? Spoel de uitwendige plekken als het kan met water. Raadpleeg bij inname zo snel mogelijk de dierenarts en neem het schoonmaakmiddel mee, want hoe gedetailleerder de dierenarts weet wat de hond heeft ingeslikt, hoe betere hulp kan worden geboden.
10. Hond aangelijnd in het broedseizoen
Het is niet zomaar dat in veel natuurgebieden honden moeten worden aangelijnd van ongeveer maart/april tot en met oktober: het broedseizoen is dan in volle gang! Wist je dat alle broedende inheemse vogels en hun eieren wettelijk zijn beschermd? Zaak dus om je hond daar ver bij uit de buurt te houden. Ook het verstoren of opjagen van zwangere (zoog)dieren en dieren met jongen is gevaarlijk. Niet alleen voor het opjagende wild, maar ook voor je hond. Kroost wordt door hun ouders goed beschermd, wat betekent dat je opeens een boos wild zwijn, blazende gans of imponerende zwaan voor je hond hebt kunnen staan. Hou je hond dus lekker aan de lijn in deze periode en gebieden, ten behoeve van de natuur en de veiligheid van je hond.
Lentekriebels? Niet voor je hond!
Hopelijk hebben de bovenstaande 10 tips je op weg geholpen om er voor jou en je hond een heerlijke, onbezorgde lente van te maken. Enne…als extra advies kunnen we misschien nog zeggen dat een hond in de lente ook de kolder in zijn kop kan krijgen en wellicht hormonale gevoelens uit door op soortgenoten te gaan rijden, wat niet altijd wordt gewaardeerd door andere honden en hun eigenaren. Hou jouw viervoetige cupido dus in de gaten, voordat de figuurlijke bloemetjes en bijtjes het hierin overnemen! ????
Geniet van de lente!